Interview met….
Het zal rond de 25 jaar geleden zijn toen Johannes Rijpma, veehouder aan de Pieterstuyvesantweg in Oldetrijne, mij vroeg om even te assisteren een aantal pinken van uit de stal naar het land aan de Maden te brengen. We spraken af dit de eerstkomende zaterdagmorgen te doen. Zo gezegd zo gedaan, rond koffietijd stond ik met de vracht veeauto voor de deur. Na eerst een ”bakje” stonden de pinken rap op de auto klaar voor transport. Fokke en Gerrit, die als rasechte jonge boerenzonen al assisteerden bij het laden, wilden natuurlijk wel even een ritje mee in de vrachtauto naar de Maden om te lossen. Fokke zat in een mum van tijd naast me maar Gerrit had moeite de voet op de treeplank te zetten en in de cabine te klimmen. Ik weet nog dat ik zei: “ blinder Gerrit, do bist sa stiif as in doar, do moast op gymnastiek jonge!” Niet veel later bleek dat er meer aan de hand was dan een beetje stijf. Een spierziekte was de boosdoener, en wel de ziekte van Duchenne. Deze constatering is nadien van grote invloed geweest op het leven van Gerrit en het hele gezin Rijpma.
Een heldere stem klinkt door de telefoon. “ Met Gerrit Rijpma”. We maken een afspraak voor een interview. Het is woensdagmorgen 8 april 2015 dat ik arriveer bij de woonvorm “Florastate” in Leeuwarden. Vanaf augustus 2012 woont Gerrit daar nu in een mooi, geheel naar zijn situatie aangepast tweekamerappartement. Van de drie etages zijn er twee die bestemd zijn voor mensen met een beperking. De rest wordt bewoond door meest 65 plussers en zo meer.
Naast de ingangsdeur is een paneel op de muur bevestigd met namen van de bewoners. Ik druk op het knopje waar de naam van Gerrit Rijpma op staat, want zo binnen lopen lukt niet. Na een tijdje gaat de deur open en kan ik naar binnen. Ik moet naar nummer 47. Tot mijn verbazing hoef ik geen deur open te doen. Eenmaal binnen het complex gaan alle deuren automatisch voor me open en dicht. Het complex is rondom een overdekte binnentuin gebouwd wat een fris en rustgevend gevoel geeft.
Aangekomen op de tweede etage sta ik voor appartement 47. Als ik aanbel gaat ook hier de deur automatisch, d.w.z. aangestuurd door Gerrit, voor me open.
“ Moarn Bonne, dêr wiene jo al. Moai op é tiid. Gerrit zit in zijn rolstoel. Een stoel die volgebouwd blijkt te zijn met de meest moderne elektronica. M.a.w. met een elektronische geprogrammeerde computer met omgevingsbesturing en met dito opgebouwde robotarm. Op een display zoekt G. welke deur of apparaat in werking moet worden gezet. Zo kan hij o.a. de radio, telefoon, televisie, het licht, alle deuren en de lift bedienen en is eten en drinken mogelijk met de robotarm, maar mij een hand geven lukt Gerrit niet meer. Gelukkig, aan goed oogcontact hebben we ook wel genoeg.
Ik sta in een moderne kamer geheel ingericht naar de omstandigheden die voor G. nodig zijn.
“Wolle jo ek in bakje kofje?” Graach Gerrit, kofjedrinke is in ûnderdiel fan it wurk fan in feekeapman”. “Dan sille jo dat sels wol efkes sette moatte. De kofjemolke stiet yn de koelkast en dêr stiet de sûker”. “Al langer as 50 jier rin ik bij it paad, mar dit is de earste kear dat ik sels kofje sette moat”. Gerrit kan er gelukkig om lachen.
“Ik was zeven jaar toen het volgen van de lessen op de lagereschool te Oldetrijne voor mij niet meer ging. De basisschool heb ik op Lyndensteyn te Beetsterzwaag afgemaakt. Daar heb ik ook het VMBO diploma theoretisch gehaald. Ik werd dan ‘smorgens met een aangepaste bus gehaald en ’s avonds weer thuisgebracht. Onderweg pikten we dan nog een aantal medestudenten op die net als ik ook een beperking hadden.
Vervelen doe ik mij nooit. ‘s Morgens uit bed halen, wassen en eten enz. daar zijn we al een uurtje mee onder de pannen. En ’s middags moet ik ook weer even rusten want anders hou ik het niet vol , aldus G. Verder vertelt hij dat hij samen met een groep medebewoners twee halve dagdelen naar de stad gaat waar je in een gebouw aan allerhande bezigheidsactiviteiten en aangepaste sporten mee kan doen. Zoals jeu de poule , houtbewerken, computergamen, schilderen enz. enz. Gerrit zegt het liefst te schilderen. Hij wijst naar de wand waar de resultaten de kamer sieren. Denkende dat het aangekochte kunstwerken zijn, blijkt ik op bezoek te zijn bij een schildertalent . Waarschijnlijk zit een dergelijk vernuft in de Rijpma genen. De boer, dichter en kunstschilder Gerben Rijpma wordt alom geprezen om zijn schilderkunst. Hij woonde aan de Brekken onder Oudega W. Deze bekende Nederlander is in de verte familie van mijn gastheer. Zijn werken worden heden ten dage in de meest toonaangevende ateliers tentoongesteld.
Bijzonder knap heeft Gerrit het huis van Jelle en Gien Bouma, vanaf een foto, thuis genomen vanuit de keuken aan de Pieterstuyvesantweg, geschilderd. Met nog wel het penseel in de robotarm.” Ik had het zonder robotarm niet voorelkaar kunnen krijgen.
In de hoek van de kamer zie ik een soort muziekstander staan met een boek er op. Een boek vol met afbeeldingen van alle soorten van trekkers staat er op. “Ik ben lid van de landbouw miniatuurclub en verzamel trekkers van het merk Cormick en Case. Dat is ook een hobby van mij. Die stander waar het boek op staat is mijn bladzijde omslagmachine. Ik kan met mijn computer van uit mijn stoel de bladzijden er mee omslaan. Voor Gerrit een uitkomst dat de techniek dit mogelijk maakt.
Gerrit blijkt een man te zijn waar muziek in zit als ik hem vraag of hij ook muzikale talenten bezit. “Ik houd inderdaad ook veel van muziek. Mijn favoriete bands zijn o.a. Racoon, U2, en Queen. Ik ben o.a. naar concerten van de Kast en Blof geweest. Ook ga ik af en toe naar het theater. Ik ben o.a. naar de musical “We Will Rock You” geweest. Deze Musical ging over de band Queen met alle muziek van de band. Op school Lyndensteyn in Beetsterzwaag heb ik met noch 5 anderen in een band gespeeld. Ik speelde keyboard. Tijdens speciale gelegenheden traden we dan wel eens op.” In het begin van het interview zei Gerrit, “Ik verveel me nooit. Dat geloof ik nu best. Gerrit is een man met hobby’s en een brede interesse voor van alles en noch wat.
Woensdags tussen de middag eet ik altijd gezamenlijk warm met mijn medebewoners in de grote zaal. Dat is gezelliger dan alleen eten op de kamer. Alhoewel mijn krachten er niet beter op worden hoop ik het nog een tijd vol te kunnen houden. Het beademingsapparaat en de elektrische rolstoel met alle opgebouwde hulpmiddelen zijn mijn grote vrienden. Zonder beademing houd ik het niet zo lang vol.
Om de 14 dagen ga ik een weekend naar Oldetrijne. Mijn ouders halen me dan vaak op. Ik heb het hier best naar mijn zin en ze passen best op me, maar toch zie ik er altijd weer naar uit om even “thuis” te zijn.
Intussen tikt het klokje door en is het tijd om afscheid te nemen. Maar voor ik dat doe was ik de koffiekopjes nog even af. Alles is weer netjes. De deur wordt wederom met de computer geopend en ik loop via de binnentuin weer naar de uitgang.
“Doe je de groeten aan Hieke en kom gauw eens samen op bezoek voor een praatje”, roept Gerrit me na.